full Holenderski

bn. vol; geheel; heel veel
bw. recht, rechtdoor; volledig, heel; mooi
Przykładowe zdania
The road to Julius Caesar's camp was rough and full of potholes.
De weg naar het kamp van Julius Caesar was ongelijk en vol kuilen.




I was bouncing around in the back of the wagon like a bag full of rags.
Ik sprong rond op de achterkant van de wagen alsof ik een zak met vodden was.




Now, I had the whole summer in front of me, full of plans, near the beach and with many friends to spend my time with.
Nu had ik de gehele zomer voor mij liggen, vol met plannen, heel dicht bij het strand en met veel vrienden, waarmee ik de tijd kon doorbrengen.




It was full of young people that wanted to party.
Hij was vol met jonge mensen die zin hadden om te feesten.




Little by little, we walked until we arrived at the center of the village, which was almost full of people.
Geleidelijk aan gingen wij te voet naar het dorpscentrum, waar bijna niemand meer een plek vond.




By the end, I was full of tomatoes from the top to the bottom, I was red as if I was a tomato myself.
Aan het einde was ik van boven tot beneden vol met tomaat, ik was zo rood alsof ik zelf een tomaat was!




Spain is a country full of delicious, weird dishes....which are especially very funny if you discover them with your friends or your family on your next holiday.
Spanje is een land vol met heerlijke, buitengewone gerechten...die vooral erg grappig zijn wanneer jullie ze met jullie vrienden of jullie familie op jullie volgende vakantie ontdekken.




Everything was very green, very alive, full of forests and cows, that produce some of the best milk in Europe.
Alles was erg groen, levendig, vol met bossen en koeien die een van de beste melksoorten van Europa produceren.




She only wore about a quarter of the clothes in her very full wardrobe, and many items still had their tags on them.
Ze droeg slechts ongeveer een kwart van de kleding in haar erg volle garderobe, en veel items hadden nog steeds hun tags.




We were happy, excited and full of expectations!
We waren blij, opgewonden en vol verwachtingen!




Synonimy
2. brimming: teeming, big, laden, brimful, voluminous, saturated, jam-packed
3. abundant: complete, copious, ample, bounteous, plentiful, plenteous, sufficient
4. broad: unlimited, extensive
5. resonant: rounded, throaty, deep, loud
6. loose: flapping, baggy, flowing
7. mature: grown, entire, complete